Goede training met gemotiveerde trainer.
Deelnemer training Opfriscursus NederlandsIn tegenstelling tot andere teksten schrijf je een beleidstekst vaak voor diverse doelgroepen en niet voor één. Zo kun je te maken krijgen met:
Schrijf je een uitvoeringsnota (uitvoering in gang zetten en coördineren) dan heb je in de regel alleen te maken met de laatste doelgroep, de uitvoerders. Schrijf je een evaluatienota (evaluatie van gestelde doelen, hoe verder) dan is die waarschijnlijk bestemd voor de doelgroep beslissers. In beide gevallen schrijf je dus voor één doelgroep en kun je de tekst schrijven op één kennisniveau.
Schrijf je echter een plannota (analyse en voorstellen voor verbetering), dan is die meestal bestemd voor meer doelgroepen, namelijk voor besluitvormers, adviseurs en de opdrachtgever. Deze situatie kan voor jou als schrijver problemen opleveren; zo kan de ene doelgroep vooral vaktechnisch goed op de hoogte zijn, de adviseurs bijvoorbeeld en de andere doelgroep vooral beleidstechnisch uitgebreid geïnformeerd zijn, de besluitvormers bijvoorbeeld. Op welke doelgroep richt je je dan?
Om te voorkomen dat je beleidsnota voor één bepaalde doelgroep niet begrijpelijk is, kun je het volgende overwegen:
Als je de doelgroep of doelgroepen voor je beleidsnota dus hebt vastgesteld, ben je al goed op weg met de voorbereidingen voor het echte schrijfwerk. Succes!