Goede training met gemotiveerde trainer.
Deelnemer training Opfriscursus NederlandsVeel mensen die voor het laatst op de middelbare school Engels hebben geleerd, vinden het prettig de grammatica van het Engels weer op te halen als ze deze taal voor hun werk gaan gebruiken. In dit blog besteden we aandacht aan het opfrissen Engelse werkwoordtijden. Werkwoordtijden worden gebruikt om acties in tijd tot uitdrukking te brengen. Je geeft met het gebruik van tijden aan of iets in het nu, het verleden of in de toekomst plaatsvindt.
In onderstaand schema geven we de gebruikte tijden met daarbij een voorbeeldzin om duidelijk te maken hoe je de werkwoordtijden kunt toepassen.
Present Simple |
Past Simple |
I study English every day. |
Two years ago, I studied English in England. |
Present Continuous | Past Continuous |
I am studying English now. | I was studying English when you called yesterday. |
Present Perfect | Past Perfect |
I have studied English in several different countries. | I had studied a little English before I moved to the U.S. |
Present Perfect Continuous | Past Perfect Continuous |
I have been studying English for five years. |
I had been studying English for five years before I moved to the U.S. |
Gebruik je voor een actie die altijd, vaak of regelmatig plaatsvindt maar niet nu en voor feiten.
Schrijfwijze: het hele werkwoord (behalve bij 3e persoon enkelvoud, dan vervoeging).
Bijvoorbeeld: I come from Spain. I get up at eight o’clock every day. He is ill.
Voor een actie die op dit moment/nu plaatsvindt.
Schrijfwijze: ‘to be’ + werkwoord + -ing.
Bijvoorbeeld: I am reading an article. I am driving to work.
Schrijfwijze: hulpwerkwoord ‘have’ + voltooid deelwoord (meestal –ed achter hele werkwoord).
Drie toepassingen:
Schrijfwijze: have + been + werkwoord + -ing
Twee toepassingen:
Hopelijk is hiermee je kennis van de werkwoordtijden weer opgefrist. Succes met het toepassen!