Coronatijd zorgt voor nieuwe woorden

We zitten met de hele wereld in een nieuwe situatie. Het coronavirus houdt ons in zijn greep. Voor iedereen een moeilijke tijd, maar gelukkig zien we ook positieve ontwikkelingen die we in onze intelligente lockdown bedenken. Samen met deze nieuwe verschijnselen ontstaan er ook nieuwe woorden die we voor deze pandemie nog niet kenden.

Denk bijvoorbeeld aan het woord raamvisite. Ging je in 2019 nog op kraamvisite, nu kun je een nieuwe wereldburger alleen achter het raam bewonderen. Ook zijn er balkonconcerten, gaan we coronahamsteren en hebben we last van hoestschaamte. Helaas zien we af en toe ook coronahoesters. 

We zijn allemaal overgegaan op ellebooghoesten en verzorgen af en toe een zorgapplaus. Een lang nieuw woord is anderhalvemetersamenleving (echt helemaal aan elkaar geschreven). Een kortere variant is 1,5 metersamenleving. Een kuchscherm vind je tegenwoordig in de supermarkt en de diploma's worden dit jaar met een knipoog coronadiploma's genoemd. In India kreeg een pas geboren tweeling de namen Covid en Corona. In Nederland zijn we deze namen nog niet tegengekomen, maar als de babyboom over 9 maanden losbarst kan het wellicht nog gebeuren.

Het is natuurlijk de vraag hoe lang deze nieuwe woorden in onze taal aanwezig blijven en of we ze ook in de Van Dale gaan terugzien. Als het coronavirus ons land verlaat, zullen ook veel van deze woorden weer verdwijnen. Maar het woord van 2020 zal ongetwijfeld iets met het coronavirus te maken hebben.