Beleidsnota schrijven: zorg voor een duidelijke opdracht

 

Problemen over de opdracht ontstaan pas als de opdrachtgever specifieke wensen heeft over de tekst, terwijl jij daar als schrijver niet van op de hoogte bent. Zo kan het bijvoorbeeld gebeuren dat jij denkt aan een beleidsnota van twintig pagina's, en jouw opdrachtgever aan een voorstel van twee A4'tjes.

• welke functie moet de nota vervullen?
• welk beleidsprobleem moet aandacht krijgen?
• wie moeten er bij het schrijven ervan betrokken worden?
• voor wie is de nota bestemd?
• hoe dient hij te zijn gestructureerd?
• wanneer moet hij gereed zijn?
• welke omvang dient hij ongeveer te hebben?
• met welke overige beleids- en randvoorwaarden moet rekening worden gehouden? (middelen, financiën, personeel, . . .)

Als je nog niet op alle vragen een duidelijk antwoord hebt, schrijf dan, voor je met het echte werk begint, een korte notitie aan jouw opdrachtgever. Geef hierin aan wat jouw visie is op de opdracht en vraag of je opdrachtgever het ook zo ziet. Leg hem ook de vragen voor waarover onduidelijkheid bestaat. Pas als je instemming hebt van je opdrachtgever en voldoende antwoorden hebt op je vragen, kun je aan de slag gaan. Denk dus niet: “Ik begin maar vast, want anders krijg ik het stuk niet op tijd af”. Zonder een duidelijke opdracht gaan schrijven is zonde van je tijd en energie als blijkt dat je het toch over een ander boeg moet gooien. Een duidelijke opdracht is dus het halve werk!